Syrie: De juiste vraag op het juiste moment

De kracht van de juiste vraag op het juiste moment.
In vastgelopen conflicten is tunnelvisie van partijen het grootste probleem. Zo ook in het Syrië conflict waarin een aanval door Amerika ter afstraffing van het gebruik van chemische wapens eigenlijk onafwendbaar leek. Met de vraag aan Kerry: wat kan Assad doen om te voorkomen dat Amerika gaat aanvallen werd een vraag gesteld die een ommekeer bewerkstelligde en ineens zowel Assad, Amerika als Rusland een uitweg bood. Een vraag die de mediator in ieder mediationtraject aan de orde stelt: ”Heeft u over en weer inzicht in wat de ander nodig heeft om tot een oplossing te komen?”
Het probleem in Syrië blijft dat Assad nog steeds een groot deel van de bevolking achter zich heeft. De opstandelingen hebben dat ook. Men staat elkaar naar het leven en heeft als enige oplossing: de ander vernietigen. Dat Amerika geen inval doet verandert niets aan de verschrikkelijke burgeroorlog die vooralsnog door niemand gewonnen kan worden. Een uitweg vinden tussen partijen die elkaar naar het leven staan is vrijwel onmogelijk. De internationale gemeenschap zit eigenlijk in de rol van de man die zich verantwoordelijk voelt voor de ruzie tussen de vechtende kinderen van de buren. Als ze oneerlijk vechten kan hij de een een stok afpakken of de ander er een geven. Maar als hij er niet voortdurend tussen wil blijven staan kan hij alleen hopen dat ze elkaar leren te accepteren. Alleen de ouders van de kinderen zijn in staat om meer te doen, als ze dat als hun verantwoordelijkheid voelen. De Arabische Liga lijkt dan ook meer in aanmerking te komen om verantwoordelijkheid te nemen dan enig westers land of organisatie. Ondanks alle doden.